|
© 1997-2016 OOSTVEEN
Opdrachtgever:
Gem.Capelle a/d IJssel,
Afdeling Welzijn en Educatie
Periode:
2010-2013.
|
|
|
De Monitor jeugdvriendelijke wijken Capelle aan den IJssel
is een nieuw instrument om de jeugdvriendelijkheid van een wijk meetbaar
te maken, en daarmee ook te kunnen verbeteren. Een jeugdvriendelijke
wijk is een wijk die voor de jeugd zoveel mogelijk kansen en zo weinig
mogelijk bedreigingen biedt. De daarvoor ontwikkelde jeugdindex laat
zien hoe jeugdvriendelijk een wijk is, hoe deze zich sinds 2007 heeft
ontwikkeld en op welke aspecten een wijk meer of minder jeugdvriendelijk
is.
|
|
Hoe meet je jeugdvriendelijkheid? |
|
|
De buurt waarin kinderen en jongeren zich dagelijks
bevinden, vormt een belangrijk deel van hun directe leefomgeving. Het
sociale leefklimaat, de fysieke inrichting van de buurt, de aanwezige
voorzieningen en de veiligheid in de wijk zijn belangrijke factoren bij
het opgroeien van kinderen. Daarom zijn dit de vier hoofddimensies van
de monitor. Bij de ontwikkeling van de monitor is door
beleidsmedewerkers gezocht naar aspecten die een wijk jeugdvriendelijk
of - onvriendelijk maken. Deze zijn benoemd als 16 subdimensies binnen
de 4 hoofddimensies. Het gaat onder meer om de aanwezigheid van jeugd-
en sportvoorzieningen, sociale cohesie, omgang tussen jong en oud,
bouwwijze van de woningen, verloedering, criminaliteit,
verkeersveiligheid en gebruik van alcohol en drugs.
Om de jeugdvriendelijkheid van een wijk te kunnen samenvatten in cijfers
moeten de dimensies en subdimensies worden geoperationaliseerd naar
meetbare indicatoren, die zijn geclusterd naar de subdimensies. In de
dimensie veiligheid wordt bijvoorbeeld onderscheid gemaakt tussen
criminaliteit in de buurt, gebruik en beschikbaarheid van alcohol en
drugs en het veiligheidsgevoel. Belangrijke bronnen waren de CtC
Scholierenenquête onder jongeren in het voortgezet onderwijs, de Capelse
bewonersenquête onder inwoners vanaf 16 jaar en de Buurtmonitor waarin
een groot aantal cijfers uit registraties is verzameld. In totaal zijn
binnen de 16 subdimensies 46 indicatoren geselecteerd die iets zeggen
over de jeugdvriendelijkheid. Daarbij is gezocht naar evenwicht tussen
objectieve en subjectieve indicatoren, en tussen beleving door
volwassenen en door jongeren. Vrijwel alle cijfers waren al bij de
eerste meting voor twee
meetdata beschikbaar (2007 en 2009) zodat ook de ontwikkeling in kaart
kon worden gebracht. In 2013 verscheen een nieuwe editie, waarin ook de
cijfers van 2012 zijn toegevoegd.
Alle uiteenlopende indicatoren zijn gestandaardiseerd en genormeerd.
Elke indicator is omgerekend naar een schaal van 0 (zeer ongunstig) tot
100 (zeer gunstig), waarbij per indicator de gemiddelde score in het
eerste meetjaar op 50 is gesteld. De standaarddeviatie in het eerste
jaar bepaalt hoeveel de scores hoger of lager zijn dan 50. Door het
gemiddelde en de standaarddeviatie van het eerste jaar als ijkpunt te
gebruiken worden de ontwikkelingen zichtbaar: een stijging van de score
op een indicator of (sub)dimensie betekent dat de wijk op dit punt
jeugdvriendelijker is geworden.
|
|
Resultaat en interpretatie |
|
|
De score op de jeugdindex en (sub)dimensies wordt
weergegeven in een bol met schillen (zie onderstaand voorbeeld). De
jeugdindex is samengesteld uit 46 indicatoren die zijn geclusterd in 16
subdimensies (buitenste schil). Een aantal subdimensies samen vormt een
van de vier dimensies (middelste schil). De jeugdindex is dan weer de
gemiddelde score van de vier dimensies (bol in het midden). De bol laat
daarmee in het midden zien hoe het is gesteld met de algemene
jeugdvriendelijkheid; daarna kan worden bekeken op welke onderdelen de
jeugdvriendelijkheid gunstig is (groen, hoger dan 50) of ongunstig (oranje-rood,
lager dan 50) door naar de middelste en buitenste schil te kijken.
De staafgrafiek naast de bol laat zien hoe de totale jeugdindex en de
vier dimensies zich sinds 2007 hebben ontwikkeld. De staven in deze
grafiek lopen vanuit de middenlijn (50 = gemeentelijk gemiddelde in
2007). Groene staven naar rechts zijn een positieve afwijking van dat
gemiddelde; oranje staven naar links negatief.
In het rapport wordt elke wijk op twee pagina's beschreven. Op de eerste
pagina van elke wijk staat een foto en een korte algemene beschrijving
van de wijk (o.a. woningvoorraad, aantal jongeren in de wijk, etniciteit
en aantal kinderen in eenoudergezinnen). Op de tweede pagina (waarvan
hieronder een deel wordt afgebeeld) staan de grafieken van de jeugdindex
gevolgd door een bondige analyse in tekst.
|
Gedeelte van de wijkbeschrijving voor de wijk
Middelwatering West
|
Bron: Monitor Jeugdvriendelijke Wijken
Capelle aan den IJssel 2010
|
|
Meer
informatie |
|
|
|
|
|
|